Tarwevlokken worden gemaakt van
ongemoute tarwe. Ze geven het
bier een vollere smaak en het verbetert de
schuimkraag. Wordt veelal gebruikt in witbieren, maar ook in
Lambic en
Grand Cru.
Om ongemoute
tarwe te gebruiken moet het
zetmeel eerst toegankelijk gemaakt worden voor de
enzymen. De celwanden van de tarwe moeten eerst afgebroken worden om het
zetmeel toegankelijk te maken. De tarwevlokken moeten eerst een poos gekookt worden in water. Aangezien de
enzymen tijdens het
maischeproces bij deze temperatuur inactief worden moeten de tarwevlokken apart voorbehandeld worden om vervolgens aan het
maischeproces deel te nemen.
Eigenschappen:
(Afhankelijk van leverancier)
Energie: 1550 KJ / 100 gram
Eiwit: ± 9%
Vetten: ± 1 %
Koolhydraten inclusief
zetmeel: ± 80%
Verstijfseling van het tarwezetmeel vindt plaats bij 60°C - 65°C.
Toepassing (voorbeeld)
Tarwevlokken moeten minstens 20 minuten koken en 10 minuten nawellen. Ook kan ervoor gekozen worden om de tarwevlokken 30 minuten te koken in water. Daarna af te laten koelen en aan de
mout of
maische toevoegen, zodat het mee doet in het
maischeproces.
Gebruik genoeg gewone
gerstemout(!), omdat in de tarwevlokken of andere vlokken geen
enzymen aanwezig zijn. Ook zijn er geen kafjes meer aanwezig, die belangrijk zijn voor het
filtreren.
Andere vlokken
Links naar
Referenties